Uitgangspunt voor het berekenen van het GPA is het examenprogramma, dat de student volgt. Als een student bijvoorbeeld twee opleidingen volgt, dan moet niet een gemiddelde over al het gevolgde onderwijs berekend worden, maar dit moet per programma gebeuren.

Er wordt onderscheid gemaakt tussen het GPA per periode, het GPA en het Final GPA.

Per periode: er wordt per vooraf in te stellen periode (semester, trimester, kwartaal) een gemiddeld NL cijfer berekend en een GPA. Daarnaast worden beide ook per collegejaar berekend.

GPA: gedurende de studietijd van een student wordt ook het gemiddeld NL cijfer en het GPA over de hele studietijd bijgehouden.

Final GPA: dit is het GPA dat een exit beoordeling van de student inhoudt. Hierin worden in het bachelorprogramma de resultaten die een student behaalt in het eerste jaar niet meegenomen. 1 e jaar: Het eerste jaar is het eerste collegejaar, waarover ook het BSA wordt berekend. Alle cursussen behaald na het BSA tellen mee in het Final GPA. Het final GPA wordt getoond op het Internationaal diplomasupplement (IDS) wat bijgevoegd wordt bij het Bachelor, AD en Master-getuigschrift.

Gemiddeld cijfer

Het gemiddelde cijfer over een periode wordt berekend aan de hand van de volgende formule:

Geldend resultaat * behaalde punten = Quality Points (per resultaat) QP totaal / behaalde punten totaal = gemiddeld cijfer (totalen over de periode)

De berekening van de Quality Points gebeurt per meetellend geldend resultaat. Indien een geldend resultaat een alfanumerieke waardering heeft dan wordt de bijbehorende numeriek equivalent gebruikt. Als deze niet aanwezig is, wordt het resultaat niet meegeteld. De berekening van de punten vindt altijd plaats in de punteneenheid die bij het examenprogramma is vastgelegd. Het gemiddelde cijfer voor een periode wordt berekend over alle meetellende resultaten in die periode. Het gemiddelde cijfer van een collegejaar is dus een gemiddelde over alle resultaten uit dat collegejaar, en niet een gemiddelde van bijvoorbeeld de twee gemiddelde cijfers uit de semesters die binnen het betreffende collegejaar vallen. De berekening vindt altijd plaats over alle periodes opnieuw, dus wijzigingen in een periode waarover reeds eerder een GPA is berekend, worden ook meegenomen

GPA

Nadat het gemiddelde cijfer voor een bepaalde periode is berekend, wordt het bijbehorende Grade Point Average bepaald in Osiris. In de Grade Point tabel wordt de waarde opgehaald waarvoor geldt dat:

Grade Point minimaal cijfer  <= gemiddeld cijfer en

gemiddeld cijfer <= Grade Point maximaal cijfer

Het GPA is dus altijd een afgeleide van het berekende gemiddelde cijfer voor de periode en wordt niet los berekend. Het gemiddelde cijfer op basis waarvan het GPA wordt vastgesteld wordt altijd eerst afgerond op 2 decimalen voordat het wordt vergeleken met de gegevens in de tabel OST_GRADE_POINT. Als geen waarde in de tabel wordt gevonden, wordt het GPA leeg gelaten.

GPA tabel

GPA is een vertaling van resultaten uit de 0-10 schaal naar onderstaande 4 puntschaal, deze vertaling vindt plaats op basis van het gemiddelde gewogen naar studiepunten. Deze tabel geeft weer wat er Avans-breed is ingericht voor alle academies.

Het gemiddelde cijfer en het GPA worden afgedrukt op het studievoortgangoverzicht die de student kan oproepen in Osiris Student.

Nee, deze tellen niet mee voor het GPA.

Nee. Osiris kijkt naar het examenprogramma en de onderdelen daaronder.

Meetellende resultaten:
Bij de berekeningen worden alle geldende resultaten meegenomen die voldoen aan de volgende voorwaarden:

• Het resultaat telt mee binnen het examenprogramma van de student op het studievoortgangsoverzicht;
• Het resultaat valt op het SVO niet in de categorie ‘Overig’. Indien meerdere specialisaties binnen één programma worden gedaan mag het resultaat niet voor alle specialisaties in de categorie ‘Overig’ vallen.
• De geldigheidsduur van het resultaat is niet verlopen;
• Resultaten tellen alleen mee als ze voldoende zijn, of als ze in geval van een onvoldoende binnen het programma worden gecompenseerd.
• Er is in geval van een alfanumeriek resultaat een numerieke equivalent aanwezig.